Het Heelsums Beekdal is al sinds 1840 in trek bij kunstenaars, die onder de indruk zijn van dit gebied en dat op doek of papier proberen vast te leggen. Het betreft dan met name het spaarzaam bewoonde gebied van Laag en Hoog Wolfheze (1,5 km ten zuiden van het huidige dorp Wolfheze), met zijn bijzondere combinatie van oude bewonings- cultuur en mooie natuur in een geaccidenteerd terrein met heidevelden, eeuwenoude eiken en kabbelende sprengenbeken.
Regelmatig kiezen we een werk van deze kunstenaars uit, bespreken dit en geven we wat achtergrondinformatie over de betreffende kunstenaar.
Schilderij van Antoon Markus
In de zomer van het jaar 1920 schildert Antoon Markus dit schilderij van de Papiermolenbeek met het rustieke houten bruggetje bij Hotel Wolfheze. Rechts is nog net een gedeelte van het hotel te zien en in het midden lopen wat witte kippen te scharrelen. De boom links met het imposante wortelgestel komt op veel afbeeldingen van de beek, het bruggetje en hotel voor. Deze beuk heeft altijd langs het water gestaan en de horizontale wortelgroei laat dat goed zien. De beuk houdt namelijk niet van natte voeten. Door deze horizontale wortelgroei houdt de boom de beekhelling over vele meters bovendien goed vast. Het is een voor Markus typerend schilderij met een lage horizon, imponerende wolkenlucht en geen uitbundige kleuren. De directeur van het hotel Cornelis Ogterop koopt het schilderij in 1920 meteen aan om het interieur van zijn hotel te verfraaien. Hij laat er bovendien al in 1921 ansichtkaar- ten van maken, die hij aan de gasten verkoopt of meegeeft als herinnering. Bij de sluiting en afbraak van het oude Hotel Wolfheze in 1973 verhuist het schilderij naar Hotel De Bilderberg, waar het in de eetzaal en later in de lounge komt te hangen. In 2007 wordt het verkocht en komt het in particuliere handen.
Markus is altijd heel nauwkeurig met de nummering en datering van zijn werken, getuige de aanduidingen erop. Zo weten we dat hij dit werk op 20 augustus 1920 heeft voltooid. Hij is zuinig op zijn tekeningen, die hij ‘het brood in de kast’ noemt, dat je niet verkoopt. Veel schilderijen maakt hij namelijk in zijn atelier op basis van zijn tekeningen. Dit schilderij is echter ter plekke geschilderd, getuige de foto’s die er zijn van Markus schilderend achter zijn schildersezel bij het Hotel. In veel schilderijen van hem overheerst het grijs in allerlei nuances en daar is dit schilderij gelukkig een uitzondering op. Het schilderij straalt een heerlijke rust uit en toont geen menselijke activiteit, hoewel het hotel in deze zomermaand van 1920 vol zal zijn geweest.
Antoon Markus (1870-1955) is erg gehecht aan zijn geboortestad Arnhem. Hij is er ook jarenlang lid van de kunstenaarsvereniging Artibus Sacrum en legt meerdere malen het gezicht op de stad vast, bij voorkeur met de rivier de Rijn. Hij is leerling van zijn vader in Arnhem en van de Rijksacademie te Amsterdam o.l.v. August Allebé. In 1907 maakt hij een wandeltekentocht naar Parijs. Hij woont en werkt in veel plaatsen, waaronder ook in België en Londen, tot hij in 1915 op 45-jarige leeftijd trouwt en in Oosterbeek gaat wonen. In 1923 laat hij een huis bouwen aan de Wolfhezerweg 16 (op slechts 600 meter bij het hotel vandaan) en trekt daar met zijn gezin in. Het pand is in feite niet meer dan een groot atelier. Hij is een bekend figuur in de omgeving met zijn grijze baard, wandelstok en zijn gevatte opmerkingen. Markus moet echt leven van de schilderkunst en dat is niet altijd even makkelijk. Een bekend bordje op zijn voordeur is dan ook ‘Toon is wel thuus, maar heeft geen geld’. Hij is heel zijn leven erg productief geweest en zijn schilderijen en tekeningen duiken nog steeds regelmatig op in veilingen.