De lepelaar (Platalea leucorodia) is een vogel uit de familie der ibissen en lepelaars. De wetenschappelijke naam van de soort is in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus.
Kenmerken
De lepelaar heeft een lengte van ongeveer 80 tot 93 cm. De lepelaar is onmiddellijk herkenbaar aan de aan het uiteinde spatelvormig verbrede zwarte snavel, die aan de voorzijde geel is. De vogel is wit met gele/lichtoranje plekken. De verlengde kopveren vormen een bossige kuif.
Leefwijze
De vogel foerageert in natte weiden, bij sloten, meertjes , op slikken en wadden. Een voorbeeld hiervan is de Jufferswaard en de Blauwe Kamer. De lepelaar eet visjes, waterdieren, slakken, bloedzuigers, insecten, wormen en soms plantendelen.
Broeden gebeurt vaak in gemengde kolonies met aalscholvers, reigers, ganzen en zelfs meeuwen in moerassen, uiterwaarden, rietkragen en andere slecht bereikbare plaatsen. In de Blauwe Kamer broeden lepelaars in een gemengde kolonie.
Ze maken een nest van biezen, waterplanten en gras in ooibossen langs rivieren, vaak in bomen, waar gulzige vossen de eieren niet kunnen roven.
Het legsel bestaat uit drie tot vijf dofwitte eieren met bruine vlekken. Vijfentwintig dagen lang zitten ze op drie of vier eieren, de mannen vooral overdag en de vrouwtjes vooral ’s nachts.
De gemiddelde levensverwachting is vier à vijf jaar.
Verspreiding en leefgebied
De lepelaar komt is een broedvogel in het Palearctisch gebied van het Verenigd Koninkrijk en Spanje in het westen tot Centraal-Azië en Japan in het Oosten . De lepelaar is in Noord Afrika een broedvogel.
Er zijn drie ondersoorten:
Van Europa tot noordelijk China, India en Sri Lanka komen voor de Platalea leucorodia leucorodia.
In westelijk Mauritanië komen voor de Platalea leucorodia balsaci.
Aan de kusten van de Rode Zee en Somalië komen voor de Platalea leucorodia archeri.
Benelux
Nederland was tot het jaar 2000 het noordelijkste land in Europa waar lepelaars tot broeden kwamen. De soort broedt sinds 2000 succesvol in Groot-Brittannië, Duitsland, Polen en Denemarken.
In de jaren 1970 waren er zo’n 100 nesten in Nederland, voornamelijk in het Naardermeer. Deze vogels vertrokken vanaf 1988 naar de Waddeneilanden.
Sindsdien namen de aantallen toe; in 2020 waren er ruim 2500 broedparen. Dit is mede het gevolg van beschermingsmaatregelen. De lepelaar broedt vooral op de Waddeneilanden, in het Zwanenwater, langs de randmeren van het IJsselmeer, in de Oostvaardersplassen, de Lepelaarsplassen, de Waverhoek, de Tienhovense plassen, hier en daar langs IJssel en Rijn en in Zeeland. In de Blauwe Kamer is een broedkolonie van lepelaars te vinden.
De lepelaar broedt in Vlaanderen bij Verrebroek in de Antwerpse haven. In natuurgebied De Blankaart nabij de IJzer in West-Vlaanderen broedt een kolonie.
Enkele tientallen lepelaars zijn in het natuurgebied Les Marais d’Harchies bij de plaats Bernissart in het zuidwesten van België waargenomen. In de Durmevallei, in het Meulendijkbroek te Temse, zijn in 2021 een tiental nesten gevonden.
Trek
Lepelaars die in West-Europa broeden overwinteren langs de West-Afrikaanse kust en in het tropische waddengebied Banc d’Arguin voor de Mauritaanse kust. In het najaar trekken de vogels hiernaartoe via Noord- en Zuid-Spanje. Tijdens de tussenstop van zo’n twee weken worden krachten opgedaan om verder te kunnen trekken. In totaal kan de trektocht twee maanden duren. Tijdens de trek naar Afrika gaat ongeveer de helft van de jongen dood door jacht, hoogspanningskabels of uitputting.
Begin februari vertrekken de lepelaars uit hun overwinteringsgebieden. Om voldoende energie te hebben voor de tocht stoppen ze langs de kust van Marokko en Frankrijk. In Nederland zijn Friesland en Groningen verzamelplaatsen. Van daaruit vliegen de vogels door naar hun broedkolonies. Niet alle lepelaars trekken; soms overwinteren ze in hun broedgebied zoals bijv. in de Blauwe Kamer in Wageningen.
Status
De grootte van de totale populatie is in 2015 geschat op 65 duizend vogels. Op de Rode lijst van de IUCN heeft deze soort de status niet bedreigd.
Bron:
Wikipedia
Nature Today
Rijksuniversiteit Groningen – biologe Tamar Lok
Foto’s:
* Karel Noy – Jufferswaard 07-2023
* Barry Smitshoek – Jufferswaard 06-2024
Ik dacht dat lepelaars ouder worden dan de 4 a 5 jaar zoals in dit artikel aangegeven; klopt dat?
Hallo Dave,
zij bijgesloten artikel van Tamar Lok van de RUG, https: ://www.rug.nl/news/2011/09/140_lepelaars
Tevens toegevoegd als bijlage in artikel over de lepelaar.