Grote zilverreiger

Ook deze winter zien we weer grote zilverreigers in het beekdal.

Jufferswaard – foto Karel Noy

In de vorige eeuw was het nog een bezienswaardigheid, maar inmiddels is het een vertrouwd gezicht in het weiland: de grote zilverreiger. Onmiskenbaar zijn de grote, witte reigers met gele snavel.
In de winter zie je ze het meest, soms een weiland vol. Het zijn zilverreigers uit Polen en Oekraïne, maar ook uit Frankrijk en Duitsland die hier overwinteren. Met de kou is een deel weer verder getrokken naar het zuiden. Dat je steeds meer grote zilverreigers ziet, komt doordat de broedpopulaties in het buitenland toenemen.

Jufferswaard – foto Karel Noy

De grote zilverreiger (Ardea alba) is een witte vogel uit de familie der reigers. Voorheen stond de vogel ook bekend als Egretta alba (Linnaeus, 1758) of Casmerodius albus.

Uiterlijke kenmerken

Met zijn lengte van 85 – 100 cm is de grote zilverreiger even groot als de blauwe reiger De spanwijdte is 1,45 tot 1,70 m, het gewicht 1 tot 1,5 kg.
Lange gele snavel en doorgaans zwarte poten. In de broedtijd worden gedurende een korte periode de poten rood en de snavel zwart. Geen verschil tussen mannetje en vrouwtje.

Grote zilverreiger – Jufferswaard – foto: Karel Noy

Voortplanting

De grote zilverreiger nestelt in rietmoerassen, oeverzones van meren en plassen, bomen langs rivieren (ooibossen) en aan kusten bij de mondingen van rivieren, vaak in kolonies met andere in kolonies broedende watervogels.
In één legsel worden 3-4 eieren uitgebroed in 25-26 dagen, en na 40-60 dagen zijn de jongen volgroeid. Desalniettemin maken ze al lopend/klimmend uitstapjes van het nest na 20-30 dagen.

Jonge grote zilverreigers
foto Michael Baird – Wikipedia

Voedsel

De grote zilverreiger leeft van vis, amfibieën, kleine zoogdieren en soms ook reptielen en vogels. Hij foerageert meestal in ondiep water, maar ook op het land. Zijn jachttechniek is eenvoudig: langdurig roerloos staan tot een prooidier in de buurt komt of heel rustig wadend zijn prooi achtervolgen. Eenmaal dichtbij spietst (“rijgt”) hij zijn prooi aan zijn dolkvormige snavel.

Een grote zilverreiger spietst een vis
foto Daniel Norton – Wikipedia

 Verspreiding en status

De grote zilverreiger komt onder meer voor in Italië, op de Balkan en in Turkije. Hij is bezig aan een opmars in Europa en broedt nu ook in België, Nederland, Duitsland, Slowakije, Polen, Wit-Rusland en Litouwen.

Het eerste broedgeval in Nederland vond plaats in 1978 (Oostvaardersplassen). Het aantal broedparen in Nederland steeg geleidelijk tussen 1978 en 2007 naar 150 per jaar. Omdat het in het begin niet duidelijk was dat deze vogel als broedvogel zich zou handhaven, werd hij in 2004 als gevoelig op de Nederlandse rode lijst gezet. Op de internationale IUCN-lijst (vermeld als Casmerodius albus) staat hij als niet bedreigd.

Beekdal
foto Toine de Leeuw

Zilverreigers komen en gaan

De grote zilverreiger is in veel grotere aantallen te vinden en komt na de zomer bij ons om te overwinteren. En dan juist liever niet met die lange poten in zout water, maar in allerlei waterrijke gebieden en weilanden. Ook in het binnenland. Eigenlijk is het dus nu een beetje stuivertje wisselen voor de zilverreigers.

De grote zilverreiger zie je veel in het winterhalfjaar. Zolang ze niet stijf zijn dichtgevroren, zijn de ondergelopen uiterwaarden een gedekte tafel voor de grote zilverreiger. Met hun lange poten kunnen ze ook door wat dieper water lopen. Ze verschalken er vissen, maar ook muizen die door het hoge water zijn opgedreven. Grote zilverreigers zijn hier in groten getale vanaf de nazomer tot april. Het zijn vogels die in Oost-Europa broeden, maar daar zijn de winters te bar om er te blijven. Een beetje vorst is geen probleem voor ze, dan verzamelen ze zich bij water dat nog niet is dichtgevroren.

Foto: Jantinus Bruinsma, Waarneming.nl

De kleine zilverreiger en de grote zilverreiger lijken op elkaar, maar zijn toch wel net een beetje anders. En dan gaat het niet alleen om de grootte en de kleur van de tenen en de snavel. In de nazomer zijn er bijvoorbeeld honderden kleine zilverreigers te vinden op de Wadden en in de Delta. Bij zout en brak water dus. Vanaf nu trekken ze wat meer naar het zuiden; hoe kouder het is, hoe zuidelijker ze gaan.

Kleine zilverreiger – Foto: Piet Munsterman, Saxifraga

Bronnen

Plaats een reactie