In het Heelsums beekdal is de geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft gevonden (07-2024).
De geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft (Faxonius virilis) is een middel grote kreeft en wordt gemiddeld 13 cm lang. Hij heeft zijn naam te danken aan de grote knobbels op zijn lichaam, vooral op zijn scharen.
De meeste soorten Amerikaanse rivierkreeften worden maximaal 4 jaar oud en ongeveer 12-15 cm lang. De Geknobbelde Amerikaanse rivierkreeften kan tot 55-60 cm lang worden. De grootte van de rivierkreeften is mede bepaald door de kwaliteit van het water waarin ze leven en de dichtheid van soortgenoten.
Deze kreeften noemen we uitheemse kreeften: ze horen niet in Nederland thuis. Ze veroorzaken steeds vaker schade aan het watersysteem. De Amerikaanse rivierkreeft zit vooral in West- en Midden-Nederland en lijkt het meest schadelijk voor het watersysteem.
Kenmerken
Amerikaanse rivierkreeften eten veel waterplanten op en woelen in de bodem. Hierdoor wordt het water troebel, waardoor er geen licht meer op de bodem schijnt. Verstoring van het ecologisch evenwicht vindt plaats, omdat er geen waterplanten meer zijn om de vele voedingstoffen in het water op te nemen.
Dit heeft negatieve gevolgen voor inheemse soorten die afhankelijk zijn van deze planten, zoals diverse soorten vissen, amfibieën, kevers en vogels die broeden in waterplantenvegetaties. Ze eten ook eieren en larven van amfibieën en doordat ze de planten vernietigen hebben bijvoorbeeld watersalamanders geen mogelijkheid om hun eieren af te zetten. Deze negatieve effecten treden waarschijnlijk niet op grote schaal, maar vooral lokaal op.
Rivierkreeften zwemmen niet in de waterkolom maar lopen over de bodem. Daar foerageren ze ook. Ze zijn omnivoor en eten voornamelijk insecten, slakken en waterplanten. Ook consumeren ze visbroed en hele vis.
De rivierkreeft verspreidt zich ook door afstanden over land af te leggen. Dit kan voor flinke ecologische effecten zorgen, omdat ze zo ook geïsoleerde poelen bereiken. De kreeften kunnen dan flinke schade aanrichten aan de vegetatie en de opgroeiende amfibieën in deze poelen. De kreeften worden dan ook regelmatig op straat aangetroffen, soms in grote aantallen.
Kreeften die een volwassen lengte hebben bereikt verschalen nog maar zelden (soms minder dan 1 keer per jaar), maar zullen wel langzaam blijven groeien tot ze doodgaan. Het regeneratievermogen van rivierkreeften is heel opmerkelijk. Een verloren schaar of poot kan na slechts twee verschalingen volledig teruggroeien.
Schade door Amerikaanse rivierkreeften
Als de rivierkreeften van schil veranderen en jongen krijgen, graven de kreeften holletjes in de oevers van sloten.
De graafactiviteiten van de geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft vormen een potentiële schadepost voor boeren en waterschappen als ze oevers en beschoeiingen aantasten.
Graafactiviteiten kunnen leiden tot oeverafkalving en tot verslechtering van de waterkwaliteit door bijvoorbeeld baggeraanwas. Overigens staat de soort in het gebied van herkomst niet bekend als graver. Er zijn, in tegenstelling tot de rode en gestreepte Amerikaanse rivierkreeften, ook (nog) geen directe waarnemingen van gravende geknobbelde Amerikaanse rivierkreeft uit Nederland bekend.
Desondanks zijn er op enkele locaties met sterke oevererosie wel hoge dichtheden geknobbelde Amerikaanse rivierkreeften aangetroffen, wat op mogelijk graafgedrag duidt. Door de graaf- en graasactiviteiten van de kreeften raakt water troebel en komen er veel meer voedingsstoffen (nutriënten) in het water. Dit is zeer ongewenst in wateren die juist helder moeten zijn. De kreeften kunnen ook sommige natuurherstelprojecten belemmeren. Door de schade die ze aan waterplanten kunnen toebrengen, zorgen de uitheemse rivierkreeften ervoor dat verlanding moeizamer optreedt
Natuurlijke vijanden
Oorspronkelijk hadden de exoten geen natuurlijke vijanden. Vanaf ca 2020 is waargenomen dat watervogels zoals futen, waterhoentjes, kraaien, reigers en meeuwen ze eten. Ook grote vissen en palingen eten de kreeften.
De rivierkreeft is kwetsbaar als hij van schil verandert en jongen krijgt. Op dat moment graaft de kreeft holletjes in de oevers van sloten waardoor die ze aantast.
Inmiddels verblijven de soorten al een ruimere tijd in Nederland. Er zijn waarnemingen van predatie op de invasieve soorten van paling, snoek, baars, reigers, de bruine rat en de muskusrat. Hoeveel rivierkreeften deze predatoren consumeren is nog niet bekend.
Ziekteverwekker kreeftenpest
Het dier kan drager zijn van de kreeftenpest. Zelf wordt de kreeft hier niet ziek van. Door co-evolutie zijn de schimmel die kreeftenpest veroorzaakt en de zoetwaterkreeften uit Noord-Amerika aan elkaar aangepast; de zoetwaterkreeften zijn resistenter geworden, en de schimmel is agressiever geworden.
Met de invoer Noord-Amerikaanse rivierkreeften is de pest in Europa geïntroduceerd. De inheemse Europese rivierkreeft is hier niet tegen bestand en daarom in grote delen van Europa uitgestorven.
Invasieve uitheemse soort
In Nederland is de rivierkreeft in 1984 voor het eerst aangetroffen. In 2007 waren er al zeven verschillende exotische kreeftensoorten aanwezig. De meest voorkomende soort is de Gevlekte Amerikaanse rivierkreeft die een landelijke verspreiding kent.
De aanwezigheid van de rivierkreeft was lang voornamelijk beperkt tot Noord- en Zuid-Holland, maar de soort is sinds 2018 ook elders steeds vaker gezien.
Sinds 2016 staat deze soort op de lijst van invasieve exoten die zorgwekkend zijn voor de Europese Unie. Dit betekent onder andere dat men levende exemplaren van deze soort niet langer in de Europese Unie mag houden, invoeren, vervoeren, commercialiseren, kweken, gebruiken, uitwisselen noch vrijlaten in de natuur.
Menselijke consumptie
Deze rivierkreeften leven vaak in vervuilde bodems en zijn daarom gevangen in de vrije natuur niet geschikt voor menselijke consumptie.
Taxonomische indeling
Rijk : Animalia (Dieren)
Stam : Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse : Malacostraca
Orde : Decapoda (Tienpotigen)
Familie : Cambaridae
Geslacht : Faxonius
Soort : Faxonius virilis(Hagen, 1870)
Originele combinatie Cambarus virilis
Synoniemen :
Cambarus debilis Bundy, 1876
Cambarus wisconsinensis Bundy, 1876
Cambarus couesi Streets, 1877
Bron:
- Wikipedia